Het speciale prinsje

Ook prinsjes kunnen speciaal zijn, de kleine Emmanuel (6) is er zo een

waarschijnlijk niet speciaal genoeg om ons land te vertegenwoordigen

op de Paralympics, maar desondanks toch speciaal genoeg

voor een speciale school, Eureka voor kinderen met leermoeilijkheden

Geen gegniffel, geen gegrinnik mijnentwege omwille van dit feit,

het komt in de beste families voor, of toch de schrijnende wereldvreemdheid

van Philippe en zijn omvermogen om zich behoorlijk uit te drukken in het Nederlands zijn

opvoedingsgeralateerde kwesties

 

Ik weiger me uit te spreken over

zijn verstandelijke capaciteiten, al vind ik het schrijnend dat het

erfrecht zou kunnen bepalen dat onze volgende koning een kapucijneraapje

is als onze prins zich Clausiaans geruchtengewijs zou vergrijpen

aan een sexy aap.

 

 

Maar nee, het speciale prinsje heeft leermoeilijkheden, en wordt

bijpassend begeleid in Eureka, alwaar men Emmanuel bijspijkert

gedurende 1 à 2 jaar, vooraleer hem naar een school te

verplaatsen waar het diploma komt op bestelling in ruil voor

de eer om koningskinderen, of beter prinsenkinderen op te vangen

 

Waarschijnlijk wordt hij dan F-95 piloot, of kolonel bij de landmacht,

waar hij zijn vader kan imiteren en telegeleide rondjes over zijn paleis kan

vliegen, of examen stratego aflegt tegen een kleuter van 5, om de prins niet

in verlegenheid te brengen, of vaart hij een tourtje tussen linker- en rechteroever

op de Schelde om zijn zeemansbenen uit te testen

 

De kans dat we hem terugzien in Congo, Afghanisten, Irak of Syrië is miniem,

het prinsenkind zou een ideale schietschijf zijn voor extremisten luidt dan de

valabele uitleg, maar met zoveel prinsenkinderen wordt het lintjesknippen

een moderne kunst, want werken zullen ze daar niet doen, daar in Laken

 

 

De kunst van de wereldvreemdheid dient gekoesterd, en het is

vergeefs wachten op een briljante prins al lijken ze daar te investeren in

de macht van het getal, de inflatie van prinsenkinderen,
en reproduceren ze daar als konijnen, ik zal blij zijn

eindelijk hun ruggen te zien, al zal ik dan het genoegen missen ze

zien te spartelen als een vis op het droge als Nederlands wordt gepraat