maandag 31 december 2012

De monarchieën

 
Een bron van vermaak, de aloude monarchieën
uit een middeleeuwse traditie legde slechts de Magna Carta hen aan banden
was de leuze in 1789 niet vooral “égalité, fraternité, liberté”
de pomp en protocol vervullen mij met een niet te stillen afkeer

Queen Elizabeth II sprak de historische woorden
bij het aanschouwen van meer dan 1000 boten op de Thames
waaronder orkesten, bij haar 60-jarige jubileum
“this is a humbling experience” waarlijk om over je nek te gaan,
zoveel royale hypocrisie, het woord nederigheid komt ontzettend hovaardig
over uit haar tronie, met ouderwets mantelpak en bakstenen glimlach

De Belgische koning, zijne heerlijkheid excellentie Albert II
spreekt graag over populisme en de jaren dertig, een voor hem
vertrouwd terrein aangezien zijn vader zich nog beschouwde als
een intieme pennenvriend van Adolf Hitler, een notoire Oostenrijker
die toch vooral in Duitsland successen oogstte, maar ook in Laken

Ook verlichte vorsten kunnen kregelig reageren,
wanneer men zaagt aan hun troon, wanneer men hen beschouwt
als kosmische grap, hun dotatie moet verhoogd met liefst
300.000€, zelfs ik , zou in het aanschijns van zoveel zilverlingen,
een boude uitspraak niet schuwen

Protocollair moet zijn functie worden, de CD&V ten spijt,
dat hij maar op zijn jacht zit en wat uitslaapt,
we zullen hem niet missen als proloog voor
een Belgische variant van de Franse revolutie, de Oktoberrevolutie
of zelfs maar de Anjerrevolutie of dichterbij de Jasmijnrevolutie,
ik pleit niet voor de guillotine of een vuurpeloton, maar een
verbanning naar een bevriend koninkrijk lijkt me wel aan de orde,
dat hij maar de steven wendt naar Zweden, of Saoedie-Arabië,
waar men nog vasthoudt aan verheven dictators en tirannen
die het nodig vinden te doen aan pedantrie






zondag 30 december 2012

30 december

Korte slaap samengebald in kortzichtigheden
verdwaasde dromen als geijkte boeien
de geeuw als herinnering aan slaperiger tijden

’s Nachts kijk ik jaloers naar mijn kater
die mijn bureaustoel parmantig bezet
de onverbiddelijke slaap der onschuldigen
ik wil hem niet verstoren, ook hij droomt kronkelend
en potentrekkend alsof hij Jerry in persoon achternazit,
de duivelse muis die Tom/Igor steeds ontglipt

Wakker ben ik, in een tussenland van dromen
en werkelijkheid, de nacht vervloekend in de
ongenadige morgen, levend in de tussenwereld,
genadeloos voor vallende oogleden

Dromen vertroebelen mijn werkelijkheid,
tot de mist van de verdwazing geleidelijk
optrekt, al zou ik soms wat langer willen
verblijven als superheld in het Land van Nod
 


















 

zaterdag 29 december 2012

Vertrouwdheid

 
 
De aloude vertrouwdheid met het Nederlands
de mogelijkheid om mooie woorden op te duikelen
alleen maar door te graven in de diepe kerkers
van ons geheugen, waar vele gemartelde gevangengenomen
woorden verblijven, ontvoerd uit de vele boeken die ik in een troosteloze jeugd las

Vaak sta je er niet meer bij stil, tot je de vermetelheid
hebt ook in een andere taal dan je moedertaal te dichten


Ach, meer dan een oefening in hubris en
intellectuele overmoed is het nauwelijks
al is het best aangenaam om woorden om te vormen
in een geleerde taal, de onzekerheid blijft
Engels is het wel, vanzelfsprekend maar is het mooi en
roept het meer emotie op dan een pot confituur

Ik begin je meer en meer, graag te zien,
mijn moedertaal als ik bezig ben met vreemde minaressen
gun me de vrijheid om even ontrouw te zijn
vermoord me niet door afgunst en jaloezie
ik beloof je, eeuwige trouw, als je me mijn scheve schaats gunt







 
 
 
 
 
 

donderdag 27 december 2012

Donderwolk

Vanmorgen opgestaan onder een slecht gesternte,
als een ouderwetse donderwolk, middeleeuws slecht gezind,
vol van negatieve dadendrang, elementair agressief,
onbezonnen, vermetel, doordrongen van zwartheid

Slecht geslapen, donkere wallen onder de ogen,
stem een octaaf te laag voor mijn eigen goed,
in mijn ogen en stem weerspiegelen de gieren
die het kadaver van mijn humeur leegplukken

Ik heb zin om elkeen aan te vallen, zelfs mijn
katten mijden mij, alsof de voorhistorische brombeer
ontwaakt is uit een leven van zoetheid en honingpotten,
gestoken door een dodelijke zwerm bijen

Ik kan de slechte voortekenen niet van me afschudden,
een overdosis familie is altijd te vermijden,
voor een jaar en een dag ben ik nog niet van hen af,
klaar ligt de uitnodiging voor een etentje bij een nichtje

Zinloos geweld lijkt me te aanlokkelijk,
een motief is niet meer van doen,
tenzij voor al de enthousiaste flikken en profilers,
ik trek me terug in isolatie, ware het niet
dat ik zelfs mijn eigen gezelschap amper verdraag
 






 

dinsdag 25 december 2012

Kerstnacht

De uitgestrektheid van de nacht ligt voor me
als een heidens sneeuwtapijt, maagdelijk onbevlekt,
tenzij wat gegroepeerde kattenpoten, die de perfecte
afdruk nalaten van de stiekeme katachtige sluipmodus
 
Ik benader de imperfectie tot in het summum
de quintessens van de onvolmaaktheid
Barstje zoekt het geluk in vederlichtheid
en benadeelde vreetbuien als de stilte overneemt

De suikerige vadsigheid neemt stelselmatig,
hand over hand toe, als de energie van de versuikering,
mateloos, tomeloos, overbodig opborrelt in dichtslibbende aderen,
als de taart, mokka van nature, laag per laag verdwijnt
bewaakt door de schuldigste nachtwaker van het avondland

Ik beklaag je, vriend, als de duisternis vreet aan de avond,
als de sterren verschijnen als felle geheugensteuntjes
van de onmetelijkheid, dan verschijnt een zwijgzame,
rokende figuur die de nacht bewaakt als was het
een waakzame fabriek voor een onvatbare Roemeen