dinsdag 11 december 2012

Landweg

De eenzame landweg, gekneld tussen statige bomen
met knoestige bruin-groene stammen in excentrieke
vormen verwrongen en de grijze beek die haar
wortels van vocht voorziet

Een eenzame wandelaar in ongepast kleurige rode schoenen
en de eeuwige hoodie, trotseert de vallende regendruppels
op het paadje tussen de dubbele rij bomen aan de rand van het bos,
verloren bladeren knisperen schietgebedjes op een oranje-bruine
ondergrond die het vaalgrijs van de modder aan het oog ontrekt en
de illusie biedt van een groene long

De lucht ruikt naar vervlogen bossen, rijk aan zuurstof wat de stadsjongen
vreemd aanvoelt, maar zonder de zompige geur van varkensmest
die de paadjes tussen de boerderijen in al te grote landelijkheid siert

Steeds weer kruist de  stadsjongen het pad van een norse boer die de
vervreemding en de ongepastheid van de wandelaar aanvoelt, als
hij kon, hij smeet hem van zijn erf ware het niet ingebed en verborgen
achter een zwart plastic haag van groene rododendron

Hij wandelt voort, en negeert de zwarte blik van de boer,
de grijze overall volgt hem nog even dreigend, en kijkt hem na,
hoofdschuddend, wat zoekt hij daar op de landweg, tis godgeklaagd,
de wandelaar komt ondertussen in de straat van de ex-gouverneur
waar een monolitisch blok de weg verspert voor de opdringerige automobilist,
 
Aartselaar, heet je welkom, maar niet overal, zeker niet als je de rust verstoort











 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten