maandag 14 juli 2014

Het is 5 uur, de wereld ontwaakt

Zacht verdrink ik mijn zorgen in een glanzende reuzeroemer wijn,
nog voor de sterren opgaan
en de rijzende maan,
voor de aantrekking van eb een vloed
de kust weer verandert in een woestijn,
dan ben ik vertrokken,
dan kom ik te gaan
als een espenblad dat natrilt van een laatste zuchtje zomerwind,
voor de laatste druppel gevallen is,
de donder nog rommelt 
en de bliksem opvlamt,
voor de maan de aarde kust
in een benevelend schouwspel
van vergeetachtige geliefden,
dan moet ik weer gaan,
dan blaas ik hoorbaar de kaarsen uit,
met de laatste zucht wind
die mijn doorrookte longen nog bemeesteren.

Voor de ochtend valt,
de vogels fluiten
in een eenzaam ballet
van vrolijke tonen
tussen het bedauwde gras,
dan lig ik te ronken,
dan ben ik vergaan
tot een anatomische hoop knoken
zonder opzichtig nut.

Als de ochtendsirene gaat
en de ochtendkoffie pruttelt,
dan zucht ik diep,
mijn tijd is gekomen,
de nacht is voorbij,
mijn periode van schrijven loopt op zijn eind
en weer is het meesterwerk niet geschreven,
weer heb ik het genie niet gezien,
of de creativiteit omhelsd,
ambachtelijk zwoegen,
nacht na nacht,
maar tenminste zonder irritante klotebaas.





















Geen opmerkingen:

Een reactie posten